Verandering vermogensbelasting 2024
In 2024 zullen er veranderingen plaatsvinden in de regels en tarieven van de vermogensbelasting. Deze belasting, ook wel bekend als box 3, zal vanaf 1 januari 2024 stijgen van 32% naar 36%. Het heffingsvrije vermogen blijft echter onveranderd op € 57.000,-.
De verhoging van het belastingtarief heeft als doel om meer belastingopbrengsten te genereren. Het is belangrijk om te weten dat deze wijzigingen nog goedgekeurd moeten worden, maar naar verwachting zullen ze wel worden doorgevoerd.
Als gevolg van deze veranderingen zullen ook de forfaitaire rendementen en vermogenscategorieën in 2024 worden aangepast. Het belastingtarief zal van toepassing zijn op deze rendementen.
Forfaitaire rendementen en vermogenscategorieën in 2024
In 2024 zijn er drie verschillende forfaitaire rendementen van toepassing op vermogensbelasting. Voor banktegoeden is dit 2%* en voor overige bezittingen is dit 6,04%. Het rendement op schulden wordt geschat op 2,57%*. Het belastingtarief wordt toegepast op deze forfaitaire rendementen. De vermogensbelasting in 2024 per vermogenscategorie ziet er als volgt uit:
Vermogenscategorie | Forfaitaire rendement | Belastingtarief |
---|---|---|
Banktegoeden | 2%* | 0,72%* |
Overige bezittingen | 6,04% | 2,17% |
Schulden | 2,57%* | 0,93%* |
Let op: De definitieve percentages voor banktegoeden en schulden worden pas in februari 2025 vastgesteld.
Peildatum en vermogensoverdracht om vermogensbelasting te verminderen
De peildatum voor de vermogensbelasting is 1 januari van het jaar waarover je belastingaangifte doet. In 2024 doe je aangifte over 2023 en geldt de omvang van je vermogen op 1 januari 2024.
Om vermogensbelasting te verminderen, is het mogelijk om overige bezittingen vlak voor de peildatum om te zetten in banktegoeden en deze na de peildatum weer om te zetten in overige bezittingen. Dit wordt peildatumarbitrage genoemd.
Het kabinet heeft voorgesteld om een arbitrageperiode van 3 maanden in te voeren om dit te voorkomen. Op deze manier kan ongeveer 1,45% vermogensbelasting bespaard worden.
Het is echter belangrijk om de persoonlijke risicotolerantie en mogelijke transactiekosten voor beleggingen mee te nemen in de beslissing.
Vermogenscategorie | Belastingpercentage |
---|---|
Banktegoeden | 0,72%* |
Overige bezittingen | 2,17% |
Schulden | 0,93%* |
*De definitieve percentages voor banktegoeden en schulden worden echter pas in februari 2025 vastgesteld.
Gevolgen voor spaargeld en pensioenbeleggen
De nieuwe regels voor vermogensbelasting hebben ook gevolgen voor spaargeld en pensioenbeleggen. Voor spaargeld hoef je alleen vermogensbelasting te betalen als de waarde boven een bepaald bedrag uitkomt. Dit betekent dat als je spaargeld onder dit bedrag blijft, je geen vermogensbelasting verschuldigd bent.
Daarnaast geldt er voor groene beleggingen een vrijstelling in box 3. Groene beleggingen worden gezien als duurzame investeringen in bijvoorbeeld windenergie of zonne-energie. Als je groene beleggingen hebt, hoef je geen vermogensbelasting te betalen over het gekwalificeerde spaargeld. Bovendien kom je in aanmerking voor een heffingskorting van 0.7% over dit spaargeld.
Een andere manier om de vermogensbelasting te verminderen is door te investeren in pensioenbeleggen. Door te investeren in een pensioenopbouw, bouw je vermogen op voor later én kun je gebruikmaken van belastingvoordelen. Door deel te nemen aan pensioenbeleggen kun je op een fiscaalvriendelijke manier vermogensgroei realiseren.
Het is belangrijk om te beseffen dat het nieuwe belastingstelsel dat vanaf 2027 wordt ingevoerd, ook gevolgen heeft voor box 3. Het nieuwe stelsel kan op zijn vroegst in 2027 van start gaan. Het is daarom raadzaam om je goed te laten informeren over de mogelijkheden van spaargeld en pensioenbeleggen om optimaal gebruik te maken van de fiscale voordelen en de vermogensbelasting te minimaliseren.